Al ligt de boomstam nog zo lang in het water, hij wordt nooit een krokodil,’ zegt het Westafrikaanse Mandinka spreekwoord over de vreemdeling: nooit zal hij ‘een van ons’ zijn, al doet hij nog zo zijn best. Dat geld over en weer.
Dit boek gaat over visies op ras, komt tuur en identiteit. Aan het eind van de 20e eeuw beginnen Zelf en Ander in een onontkoombare lotsverbondenheid steeds meer te lijken twee krokodillen met één maag.